Historie van de Sint Lindertmolen

 

De Sint Lindertmolen van Beegden. Een korte historiebeschrijving

Ref.:  Historie Lindertmolen.doc/mdt-ps/ 2006>2015

Inhoud:

1. Samenvatting
2. Een halve eeuw in Panheel 
3. De molen in Beegden 
4. De jongste geschiedenis 
5. Technische specificaties    
6. Overzicht van molenaars
7. Bronnen
 

 

 

1. Samenvatting.

In de zestiende-zeventiende eeuw moesten de inwoners van Horn, Beegden, Haelen en Buggenum hun graan en andere producten laten malen in de water- en windmolens te Haelen, aanvankelijk in eigendom van de Heren van Horn en in 1599 van de Heer van Aldenghoir. De windmolens in Horn werden in 1817 – De Hoop – en in 1864 – De Welvaart – gebouwd.

In 1790 krijgt een Mathijs Timmermans toestemming van de Gravin de Horion, vrouwe van de vrijheerlijkheid Pol en Panheel, bij Panheel een windmolen te bouwen. Het wordt een standaardmolen. In 1794 wordt hij tevens eigenaar van de watermolen in Panheel, die daar al langer bestond. De Tranchot-kaart van 1803-1820 is de eerste militair-topografische kaart waarop de windmolen staat ingetekend.

Na het overlijden van Timmermans wordt Gerard Vissers uit Wessem eigenaar van beide molens. Deze krijgt in 1856 de toestemming van Gedeputeerde Staten van het Hertogdom Limburg om de windmolen naar Beegden te verplaatsen.

Een knecht van hem, W.F.Bongaerts wordt de eerste molenaar in Beegden en kan tien jaar later de molen in eigendom overnemen.

In 1913 komt de molen in eigendom van G.Houtakkers. Die laat in 1918 een nieuwe molenschuur bouwen. Daarin wordt een extra molen geplaatst, aangedreven door een watergekoelde dieselmotor. Houtakkers kan in 1920 niet voldoen aan zijn financiële verplichtingen. De nieuwe eigenaar laat vervolgens een  nieuwe woning rechts van de molen bouwen (nr. 71).

Na wederom een executoriale verkoop in 1927 wordt JH Sjeng Niessen molenaar, met het recht van koop. In 1928 worden de vier open voeten van de molen voorzien van rondgaande muren, met een dak van asfaltpapier. Het wordt dan een zgn. gesloten standaardmolen.

Sjeng Niessen wordt in 1940 eigenaar. Hij laat in 1950 bij een herstelbeurt  twee stroomlijnwieken aanbrengen.  In 1965 koopt hij een elektrische hamermolen, die wordt in de molenschuur geplaatst. De windmolen is toe aan renovatie en wordt buiten bedrijf gesteld.

In 1968-69 vindt een flinke renovatie van de standaardmolen plaats, mede gefinancierd door rijk, provincie en gemeente. Dan wordt o.a. de eerste stalen zgn. Derckx-roede geplaatst.

In 1991 overlijdt de laatste molenaar van Beegden en gaat de molen in eigendom over naar Ir. Toon Verlijsdonk. Hij brengt de biotoop rond de molen in kaart. Bij inspectie nadien blijkt de standaard van de molen dermate aangevreten te zijn dat particuliere renovatie onbetaalbaar is.

De gemeente Heel koopt in 1997 de molen en iets later de molenschuur en laat een grootscheepse renovatie plaats vinden. Daarbij wordt de 900ste Derckx-roede “all over the world” geplaatst, evenals een nieuwe staart in staal. De heropening van de molen vindt plaats in het najaar van 2000 en die van de nieuwe molenschuur eind 2002. Daarbij wordt de molen van Beegden herdoopt in de naam: Sint Lindertmolen.

Beheer en exploitatie van de molen liggen sinds begin 2000 in handen van de Stichting Molen Beegden die momenteel beschikt over drie vrijwillige molenaars.

 

2. Een halve eeuw in Panheel.

1599: ‘Zweder van Boetzelaar, Heer van Aldenghoir, verplaatste omstreeks het jaar 1599 den watermoolen van Overhaelen naar Haelen en den windmoolen van den eenen berg op den anderen. Deze moolens, voorheen bezeten door de heeren van Horn, hadden de banaliteit over de dorpen Horn, Beegden, Haelen en Buggenum’. (citaat uit: ‘Publications de la Société Historique et Archeologique dans le Limbourg; 1879 blz. 38)

Hieruit blijkt, dat vóór het verschijnen van een molen in Beegden de Beegdenaren geband waren in Haelen te laten malen.

Op een carte figuratief  van het gebied Wessem, Panheel en Pol van 25 sept. 1786, getekend door de “gesworen Lant- en aedificiemeeter” J. J. Smabers, staat geen windmolen in Panheel, wel de watermolen aan de Grathemerbeek en de hier nabij gelegen stenen brug. De Vrijheerlijkheid was een klein gebied; er woonden maar een paar honderd mensen.

In het schepenbankregister van de Vrije Rijksheerlijkheid Pol en Panheel (civiele rechtspraak, rolregister 1756-1794, inventarisatienr. 3 en 4) lezen we onder “Extraordinaris gehouden binnen Panheel op heeden den 22 meert 1791” dat een Matthijs Timmermans op 10 november 1790 van de gravin douairière de Horion, geboren gravin de Velbruk, dame van de vrije  heerlijkheid Pol en Panheel, alsmede van de gravin de Horion, de toestemming heeft verkregen om “(…) eene wintmolen alhier onder dese jurisdictie te bouwen.”

Matthijs Timmermans krijgt  de vergunning voor het bouwen van een windgraanmolen.Hij verzoekt dat zelfde jaar de rechtbank een hinderwetprocedure te starten. Bezwaarmakers moeten binnen een termijn van 6 weken reageren. Er kwamen geen bezwaren.

(Uit een akte van verkoop van 21-01-1794 blijkt dat Emundus Lues de watermolen (die hij gepacht had voor 6 jaren) koopt van de erfgenamen van wijlen schout Ramakers X M. Dencken uit Wessem, die haar op zijn beurt had verworven van de graaf  Van Horion. Uit de bevolkingslijst van1796 blijkt dat hij molenaar is.)

03-03-1794.  Per verkoopakte wordt genoemde Matthijs Timmermans eigenaar van de Panheelder watermolen. Hij bezit dan beide Panheelder molens. De reden dat  Matthijs Timmermans de molen na twee maanden kan kopen is dat hij recht doet gelden op een “beschuddinge” (= voorrang/voorkeur) van familie bij verkoop van onroerend goed. Dit is hem gelukt.

In de schepenbankregisters van Pol en Panheel van 1680-1796 staat tot  20 januari 1795 niets geschreven over een windmolen in Panheel.  Echter, op deze datum  koopt Joannes Pellemans (molenaar)  van Theodorus Schreurs uit Beegden een perceel akkerland, gelegen  ”tussen Panheel en de wintmolen , regenote( = grenzende) ter eenre Hendericus Hamakers ende Joannes Adams ter andere seijde.”. Op deze datum staat dus zeker een windmolen in Panheel.

Pellemans woonde  met zijn echtgenote sedert 1775 in Panheel. Op 15-08-1798 sterft hij. Heeft hij  met de grondaankoop een woning willen bouwen naast de windmolen ?

Op de volgende kaarten staat de windmolen van Panheel ingetekend:

De Tranchot-kaart van 1803-1820. *)
De eerste koninklijke topografische kaart uit de jaren 1837-1844.
De Kadasterkaart van 1850 van de Gemeente Heel en Panheel. Er staat een “ windkorenmolen” op het punt van de “Polder-molen-weg” en de “Weg van Panheel naar Heel”.

Tegenwoordig kunt u de plek als volgt vinden: komende van Panheel naar Heel gaande over de Heelderweg;  rechts bij de afslag naar de Panheelderweg. Een oude zandweg loopt rechts van deze weg richting Pol. (Nu richting bruggetje over De Sleye.) De molen moet hebben gestaan tussen deze zandweg en de Panheelderweg.

De Provinciale kaart van Limburg , Gemeente Heel en Panheel, uit 1866 .
De eerste Gemeente-atlas van Limburg uit 1867.  *)

In 1815 wordt Napoleon verslagen bij Waterloo. Tijdens het congres van Wenen worden Nederland en Belgie samengevoegd tot het Koninkrijk der Nederlanden. Bij Koninklijk Besluit van 29-07-1818 wordt de nieuwe gemeente Heel en Panheel gevormd. Evenzo de gemeente Beegden.

Wie in de periode 1800-1830 molenaar was op de beide Panheelder molens, is niet met zekerheid te achterhalen. Het oudste bevolkingsregister van de Gemeente Heel en Panheel is uit 1830. Op huisnummer 132 in Panheel woont Willem Adams ( geboren 22-10-1797 in het Belgische Lanaken). Willem Adams heeft een knecht: Joannes Braken. Later wordt zijn zoon Jacob Adams molenaarsknecht.

Anno 1860 woont in Heel, Dorpstraat 33, nog een molenaar: Joannes Adams. Hij is de oudste zoon van Willem Adams uit Panheel. Het bevolkingsregister van 1830 vermeldt geen tweede woning in Panheel, waarvan de hoofdbewoner molenaar is. Bij de windmolen staat nog steeds geen woonhuis. Het is waarschijnlijk maar niet zeker dat twee of drie Adamsen uit Heel molenaar waren op de windmolen van Panheel.

Eigendomsoverdracht: Register der hypotheken: 106-34, op 26 -7- 1853: Voor notaris Felix Willem Miljard wonend te Roermond zijn verschenen: 1.  Ernest Stoffels, grondeigenaar, x Maria Catharina Verheggen, wonend op de Donck te Roermond; in eigen naam en als voogd van hun minderjarige kinderen: Gertrudis en Josephina, zonder beroep, wonend in Roermond. 2. Christiaan Stoffels; 3. Maria Stoffels; 4. Johanna Stoffels, alledrie zonder beroep en wonend op de Donck te Roermond; 5. Hermina Stoffels x Hendrik Janssen, koopman te Roermond; zij verkopen openbaar onroerende goederen die belast zijn ( overlegd wordt een bewijs van eigendom: 26-09-1831, geregistreerd onder  nr. 6034, op 31-10-1831  /60a nr 34 ) en afkomstig van/ toebehorend aan: de helft echtpaar Stoffels- Verheggen (ad 1) en de helft Mathijs Timmermans, z.v. Maria Catharina Verheggen uit haar eerste huwelijk met Christiaan Timmermans.

Bij het overlijden van Mathijs Timmermans erven zijn moeder, halfbroer en halfzusters. Deze verkopen: a, windmolen met groes, groot 4 roeden 90 ellen en  b, water- graan- en oliemolen, met weiland, moeras en tuin, groot 33 roeden 5 ellen, beiden gelegen te Panheel, sectie C nr.290 en 291; en sectie D nr.470, 480, 575 en 558; “tesamen uitgezet en verbleven voor 10.850 gulden aan Gerard Vissers, wonend te Wessem, Polstraat 1.”

Er wonen enkele jaren verschillende molenaarsknechten in het gezin van Vissers-Hageraats. De laatste is Wilhelmus Franciscus Bongaerts (geb. 27-01-1836 in Heel) die vanaf  07-11-1852  bij het gezin inwoont. Later verhuist deze Bongaerts, ongehuwd, naar Beegden, Kruisstraat 71. Weer later trouwt hij met Maria Agnes Hermans en gaat op Dorpstraat 22 wonen.

Als Vissers de molen naar Beegden verplaatst wordt Bongaerts de eerste molenaar op de windmolen in Beegden.

 

3. De molen in Beegden.

4 Maart 1856, Register der hypotheken:129-112: Maria Schreurs, ongehuwd, zonder beroep, wonend in Beegden, verkoopt aan Gerard Vissers , koopman, wonend in Wessem, een perceel bouwland gelegen te Beegden aan het Mulleven, sectie E nr 233 , groot 17 roeden 60 ellen voor 160 gulden. Verkoopster moet de zich op het perceel bevindende bomen binnen een 1 maand kappen. Het is een terrein aan de Zandstraat, tegenwoordig Molenweg. Mul betekent: zand, stof, droge aarde. ( Mulleven werd verbasterd tot Meuleven)

28 maart 1856 . Gerard Visser ontvangt de verzochte vergunning van Gedeputeerde Staten van het Hertogdom Limburg om de molen te laten verplaatsen naar Beegden. Waarom Gerard Vissers de molen verplaatst is niet bekend.

Christiaan Hendrickx , (geb. 30-12- 1830 in Grathem en overleden 16-07-1881),  timmerman te Grathem, verplaatst de molen. (Deze Hendrickx had zich op 03-05-1863 gevestigd in Heel en Panheel. Zijn zoon Joannes Hubertus Hendrickx (geb. 30.01.1864) volgt hem later als timmerman op, eveneens actief in het molenmakersvak.)

De gangbare opvatting is, ook i.v.m. de geldigheidsduur van de vergunning, dat de windmolen al in 1857 in Beegden in bedrijf is aan het Mulleven, later Molenven. ( Zie voetnoot verderop bij topografische kaarten).

15-12-1864: register der hypotheken:225-109 : Gerard Vissers, koopman, wonend in Panheel, gem. Heel; verkoopt aan Willem Frans Bongaerts geb. 27-01-1836 , molenaar en pachter, wonend in Beegden,  “ (…) eenen houten op standaard staande windgraanmolen,” plus grond, gelegen in het Molenveld te Beegden, sectie E 792 en E 793, groot 17 roeden 60 ellen voor 3000 gulden. Koper heeft een aanbetaling gedaan van 650 gulden; de resterende 2350 gulden moeten binnen 6 jaar zijn betaald. ( het oude perceelsnr. E 233  is in 163 vernummerd naar bovendstaand nummer.)

Op 20-5-1905 overlijdt Frans Bongaerts in Beegden. Hij was weduwnaar van Maria Agnes Hermans. 09-09-1905 Register der hypotheken 627-57: Voor notaris P. H. A. Rutten, uit Heythuysen , verschenen de erfgenamen van Frans Bongaerts: twee zonen , vier dochters en de weduwnaar van dochter Wilhelmina Bongaerts, Peter van Hassel uit Meyel. Ze hebben onverdeeld onroerend goed in de gemeente Beegden, o.a. een windgraanmolen, sectie E 792 en 793, geschat aan een waarde van 4000 gulden. De molen komt in het bezit  van zoon Hubert Bongaerts.  Molenaar wonend in Beegden. geb. 26-02-1877. ( Hubert Bongaerts overlijdt later aan de Spaanse griep op 26- 10-1918.)

16-9-1913 Register der hypotheken: 723-200: Notaris Rutten, wonend in Heythuysen, verkoopt openbaar, ten herberge van Josef  Snijders in Beegden, ten verzoeke van Hubert Bongaerts, molenaar in Beegden: een windgraanmolen, met, bouwland, groot 17 aren 60 ca., gelegen sectie E nrs. 792 en 793; aanvaarding per 1-11- 1913. Koper is Gerard Houtakkers, landbouwer en wonend in Heel, voor 5400 gulden.

1918 Houtakkers laat een nieuw molengebouw zetten. Daarvoor koopt hij 17 aren grond van Stefanus Gubbels. Hierin laat hij een molen plaatsen die wordt aangedreven door een dieselmotor. De motor wordt gekoeld door water, opgepompt door diezelfde motor uit een put. Ook is er ruimte voor opslag van granen en meel.

13.07 1920. Register der hypotheken: 832-51: Notaris Rutten, wonend in Heythuysen , verkoopt openbaar , ten herberge van Robert Evers-Rutten in Beegden, in opdracht van Peter Verstappen, veldwachter in Meyel, een windgraanmolen met bouwland en schaapsweide, gelegen te Beegden. Eigenaar Gerard Houtakkers is nl. nog 2000 gulden schuldig en heeft een renteachterstand over de jaren 1920 en 1921 en kan deze niet betalen.

Aanvaarding per 15-8-1920. Koper is Mathieu Hoex, molenaar te Heel, voor 7350 gulden. Deze laat een nieuwe woning bouwen, rechts van de molen (nr.71).

17-5-1927. Register der hypotheken: 939-92: Ten herberge van Robert Evers in Beegden, op verzoek van Mathieu Hoex, molenaar in Beegden, verkoopt notaris Rutten uit Heythuysen openbaar: een windgraanmolen: sectie E792 groot 3 aren, woonhuis en erf: sectie E1149 groot 6 aren40 ca,
bouwland: sektie E 793 groot 14 aren 60 ca. Aanvaarding per 01-07-1927. Condities: de motor die tijdelijk is uitgenomen zal tegen betaling van 214 gulden t.z.t. worden herplaatst.

Koper is Joseph Theodore Bertin, uit Heythuysen, namens de N.V.Maatschappij tot Exploitatie van Onroerende Goederen  “LIBRA” , gevestigd in Heythuysen. Koopprijs: 5500 gulden.

Johannes Hubertus Niessen (Sjeng ) pacht dan de molen aanvankelijk voor 3 jaar met recht van koop.

In 1928 worden de vier open voeten van de molen voorzien van rondgaande muren met een dak van asfaltpapier. Het wordt dan een zgn. gesloten standaard molen.

02-12- 1940 Register der hypotheken: 1136-106: 1a. J. T. Bertin, handelend namens de directie v.d. N.V. LIBRA, gevestigd in Heythuysen en 1b. burgemeester P.L.H. Mertens, wonend in Heythuysen, president commissaris v.d. N.V. LIBRA : Zij verkopen aan Johannes Hubertus Niessen, molenaar wonend in Beegden nr 158., een huis, erf, windgraanmolen en bouwland, sectie E nrs, 792, 793 en 1149, groot 24 aren. Koopsom 8500 gulden. Alle sectienummers worden vervolgens samengevoegd  tot: E 1161.

In de oorlogsjaren is Niessen actief in het extra malen van granen t.b.v. inwoners van Beegden én de vele onderduikers in Beegden en bij de Heelder Peel. Als de Duitsers zich najaar 1944 moeten terugtrekken over de Maas wordt door een list voorkomen dat de molen wordt opgeblazen. De kerk vliegt wel de lucht in.

In 1950 krijgt de molen een herstelbeurt. Daarbij worden twee stroomlijnwieken aangebracht.

1965.  J.H. Niessen koopt een elektrische hamermolen die hij in het magazijn naast zijn woning  rechts van de molen (huis nr. 71) laat plaatsen. De windmolen – toe aan renovatie - wordt daarbij buiten gebruik gesteld.

1968-1969.  Restauratie van de windmolen. De kosten bedragen fl 38.000,- en worden betaald door: het Rijk: 40%, Provincie: 15% Gemeente Beegden: 35%,  Niessen: 10%. Vernieuwd worden: de binnenroede (de eerste Derckx-roede), twee hoekstijlen, de waterlijsten, de trapbalk, het stormeind, de windpeluw, de staart en de kruihaspel. Na deze restauratie komt het regelmatig onderhoud voor rekening van Sjeng Niessen.

Op 6 maart 1976 ontvangt Sjeng Niessen b.g.v. zijn 75ste verjaardag een oorkonde van ”De Hollandsche Molen”, de Vereeniging tot behoud van Molens in Nederland. ”Als blijk van waardering voor het behoud van de molens als werktuig en technisch monument”. Op 26 nov. 1990 sterft Sjeng Niessen, de laatste molenaar van Beegden.

3 mei 1991.  Ir. A.P. Verlijsdonk uit Nuenen – gepensioneerd universitair hoofddocent en enthousiaste vrijetijdsmolenaar - koopt van de erfgenamen de molen van Beegden. Hij zorgt voor enige noodzakelijke verbeteringen aan de molen. Hij brengt de biotoop (begroeiing) rond de molen in kaart en probeert via onderhandse ruil de hoog opgegroeide bomen rond de molen (met name aan de noordkant) in te laten korten. Zonder succes (nog steeds!) Bij een geplande renovatie blijkt de standaard zwaar aangevreten te zijn door de bonte knaagkever. De reparatie wordt voor een particulier eigenaar te duur. Hij biedt de gemeente de molen te koop aan.

Nota bene: Toon Verlijsdonk  heeft na augustus 1993 het jaartal 1856 op de voorkant van de molen laten vervangen door het jaartal 1750. Dat jaartal was onjuist. Bij een grote verfbeurt in 2013 is het jaartal veranderd in 1790, conform de toestemming van Gravin de Horion. ***)

4. De jongste geschiedenis.

10 september 1997.  De Gemeente Heel koopt de molen van dhr. Ir. A.Verlijsdonk voor de prijs van fl 83.000,-. Aangezien de gemeente op dat moment nog van plan is, de molen te verplaatsen naar de rand van het waterspaarbekken De Lange Vlieter, gelegen ten westen van Heel en Beegden, wordt aanvankelijk geen ondergrond noch molenschuur mee gekocht. Dat gebeurt later alsnog voor de prijs van fl 29.000,-, zoals reeds in de eerste acte werd vastgelegd.

November 1999.  De renovatie van de molen begint. Het complete molenhuis wordt door een kraanwagen van zijn standaard en fundamenten gehaald. De eikenhouten standaard wordt volledig vernieuwd, ernstig aangetaste delen van het binnenwerk worden vervangen of opgeknapt. Op basis van een begroting van Beijk Molenbouw BV te Afferden (Lb) à fl 325.000,- . Het Rijk draagt fl 195.000,- bij en de provincie fl 33.000,-. De belangrijkste werkzaamheden worden door de firma Beyk uitgevoerd in zijn werkplaats te Afferden. De ene oude houten potroede wordt door Derckx Konstructie vervangen door staal: de 900ste all over the world!! Ook de houten staart wordt door staal vervangen (en cadeau gedaan). Balustrade en buitentrap worden vernieuwd. Het unieke molenhuisje blijft uiteraard staan. De kast wordt grotendeels traditioneel bruin-rood geverfd.

10 mei 2000.  De Stichting Molen Beegden t.b.v. het beheer en exploitatie van de windmolen wordt opgericht en vrijwillige molenaars worden aangezocht en opgeleid. Het bestuur ging overigens al in het voorgaande najaar aan de slag.

30 september 2000.  Feestelijke opening van de gerestaureerde molen met medewerking van verenigingen, buurtbewoners en notabelen. De Molenstraat is ouderwets versierd en een stoet van mensen en dieren in oude klederdracht trekt naar de molen. De Zank brengt een apart lied over de Beegder molen.  Die kan eindelijk weer draaien.

Eerste molenaars worden: Bernard de Vries uit Beegden (+2002) en Jan Hellebrekers uit Heel.

Vervolgens worden plannen uitgewerkt en gelden verzameld voor de herbouw van de molenschuur, met houten ommanteling. De kosten van de bouw van de schuur en  interne moderne voorzieningen (verwarming, keuken, wc) evenals de aankleding van het buitenterrein bedragen zo’n fl 200.000,-. De verdere inrichting van de ruimte – voor rekening van de stichting - wordt grotendeels uit sponsorgelden gefinancierd. De schuur wordt ingericht als ontmoetings- en expositieruimte en krijgt daarmede een toeristische en educatieve functie; mooi gelegen aan de rand van de Beegderheide en dicht bij het moderne waterzuiveringscomplex van Water Maatschappij Limburg.

4 oktober 2002.  Bij de opening van de bezoekersruimte wordt de zgn. Molen van Niessen omgedoopt tot: Sint Lindertmolen. Leonardus, kluizenaar in de zesde eeuw, is de tweede patroon van de Beegder Martinusparochie. Een echte volksheilige tegen allerlei ziekten en plagen zoals onvruchtbaarheid, reumatiek en veeziekten bij paard en rundvee. HhHHhij Hij werd tot in de jaren vijftig in Beegden vereerd. Vóór de oorlog kwamen zelfs bussen met pelgrims naar Beegden op zijn verjaardag, 5 november; dan was er dus ook kermis in Beegden. Sint Victor is overigens de patroon van de molenaars.

Momenteel draait de molen met vier vrijwillige molenaars op woensdag- en zaterdagmiddag. Dat zijn inmiddels: ir. Jo van Herten (oud-Beegdenaar), Wout Tomassen (Panheel), Jules Heijnen (Beegden} en Mark Schoenmakers (Echt). De molenschuur geeft m.b.v. panelen (foto's van renovatie én van allerlei Limburgse molens), vele computerbestanden en een bescheiden bibliotheek informatie over deze en andere molens én over de inrichting en biotoop van de Beegderheide. Voor jeugdgroepen hebben we een apart educatief programma.

5. Technische specificaties:

Type                  gesloten standaardmolen   

Functie               korenmolen (momenteel recreatief)

Bouwjaar            na 1790 in Panheel

Herbouwd          in 1856 in Beegden

Renovaties         in 1968-69 en 1999-2000 (Beijk Molenbouw te Afferden Lb).

Inrichting           2 koppels maalstenen

Vlucht                25,20 m

Wiekensysteem  oud-Hollands

Wiekenkruis       binnenroede 25 m., gelast staal, Derckx Konstruktie Beegden 1968 no. 1,                            buitenroede 25,20 m., gelast staal, Derckx Konstruktie Wessem 1999 no. 900  (omdat as in molen naar achteren overhelt moet buitenroede langer zijn)

Bovenas             hout met gietijzeren askop

Kruiwerk            zetelkruiwerk, kruihaspel

Vang                  Vlaamse blokvang met vangstok

Inrichting           voormolen: 17der kunststenen,

achtermolen: 17der blauwe stenen, kammenluiwerk

Overbrenging:     Bovenwiel voormolen (tandkrans trapzijde): 72 kammen, steenschijf: 14 staven, overbrengingsverhouding 1 : 5,14 -                            Bovenwiel achtermolen (tandkrans borstzijde): 67 kammen, steenschijf: 12 staven, overbrengingsverhouding 1 : 5,58.

Staart                  gelast staal, Derckx Konstruktie Wessem 1999.  Daarbovenop: houten trap met leuning

Romp                 gedekt met hout, bruin-rood geverfd;  de borst of het stormeind is bedekt met eikenhouten schaliën

Kap                    ook gedekt met eikenhouten schaliën

Bijzonderheid    wachthuisje op balkon

Biotoop              beperkt door hoge begroeiing aan noordkant

Inspectie             regelmatig door diverse instanties; Monumentenwacht Limburg,  Bliksemafvoer en Brandbeveiliging:  ieder om de twee jaar

Versiering           geschilderd jaartal 1790 (in 2013 aangebracht op basis van deze historoebeschrijving, vooraf stond er 1856 en nog eerder 1750) boven bordes, iets hoger: geschilderde wijzerplaat van klok, kwart voor twaalf aangevend

6. Overzicht molenaars op de standaardmolen te Beegden:

  1.         Tot 1856 beheerden drie generaties Adams de molen nabij Panheel.    Willem, Johannes en Jacob

2.         1853/6-1866: G. Vissers 

3.         1866-1905: Willem Frans Bongaerts

4.         1905-1918      Peter Hubert Bongaerts

5.         1918-1921: Gerard Houtackers

6.         1921-1927: Mathieu Hoex

7.         1927-1990: Sjeng Niessen       

8.         1990-1997: Toon Verlijsdonk

9.         2000-2004      Bernard de Vries

10.       2000-2013: Jan Hellebrekers

11.       2004- 2022: Jo van Herten

12.       2003-heden: Wout Tomassen  

13.       2011-heden: Jules Heijnen

14.       2017-2020: Mark Schoenmakers

15.       2021-heden: Piet van Zeijl

16.       2023-heden: Tom van Herten

17.       2023-heden: Theo Heijnen

7. Bronnen:

> Uit het archief van de gemeente Heel.
> Ing. P.W.E.A.van Bussel, Eindhoven 1991: ”De molens van Limburg” – een inventarisatie, geschiedenis, eigenaren, functies, ontwikkeling en achteruitgang van 157 wind- en 173 watermolens, in de periode 1839-1990.
>Jos. van Herten, Beegden  jan.1985: De windkorenmolen van Beegden.
> Register der hypotheken.
> Provinciale Waterstaat in Limburg. Molen van Niessen Beegden. Maastricht, nov.1976 E. Boere.
> Het boek: “Panheel zoals het was, zoals het is.” Uitgegeven door de Stichting Werkgroep Heemkunde Panheel. Het artikel van Dhr.Jan Coolen: De windmolen van Panheel / Beegden.
> De Kroetwès. Jrg.13 nr.3 Tijdschrift geschied- en heemkundige kring  “Het Land van Thorn”. Artikel van Jan Coolen over de Panheelder watermolen.

*) Voetnoot bij aanhaling van topografische kaarten: De Tranchot-kaarten waren de eerste militair-topografische kaarten van Zuid-Nederland, schaal 1:20.000, getekend in de jaren na 1802. Bij de TMK – topografische en militaire kaarten van het Koninkrijk der Nederlanden - werd Limburg na 1843 opnieuw opgemeten en in kaart gebracht, schaal 1:25.000. De Gemeenteatlas van Nederland, editie Limburg uit 1867, werd getekend door cartograaf Jacob Kuyper. Daarbij werd geput uit bestaande topografische kaarten. Dat verklaart waarschijnlijk waarom de molen van Beegden dan nog in de gemeente Heel en Panheel getekend staat.

**) Nog een persoonlijke aanvulling over Sjeng Niessen. In veel bronnen (ook bij Van Bussel ) staat zijn naam verkeerd geschreven. De naam Niessen is een verschrijving op”de  gemeentesecretarie van Obbicht bij zijn geboortaangifte.  Zijn zus Greetje uit Well heet Nijsen, met één  s ! Johannes, Hubertus ( Sjeng ) Niessen werd geboren op 09-04- 1901 te Obbicht. Hij stierf op 26-11-1990 in Roermond. In 1915 werd Sjeng  wees.  Vanaf die tijd groeide hij op in het gezin van zijn oom Andreas Nijsen. (geb: 16-06-1867.en overleden op 07-02-1938 ). Deze  was gehuwd met Wilhelmina Peeters. Ze kregen 8 kinderen. Een ongetrouwde broer, Sjang Nijsen, woonde in  bij dit gezin .  Andreas en Sjang werkten op hun water- vluchtmolen in Leeuwen, gemeente Maasniel . De achtkantige molen was gebouwd  op de Maasnielder beek. Ze lag op het einde van Trutgenskamp, nu Schilbergsweg 8. Ze bestond uit  een oliemolen ( kollergang ) voor het pletten van oliehoudende zaden, stenen voor het malen van tarwe en boekweit en andere stenen voor bakrogge en voergraan. Sjeng kreeg bij zijn ooms een veelzijdige opleiding. In 1927 werd aan Sjeng Niessen de windmolen van Beegden voor drie jaar ter pacht aangeboden door M. Hoex, met recht van koop. Volgens de mondelinge overlevering van mijn moeder Elisabeth Nijsen (30 jan 1900-5okt.1990, dochter van Andreas Nijsen), pachtte haar vader de eerste jaren de molen voor Sjeng. Op de bruiloft van Elisabeth Nijsen met Andreas Timmermans op 12 mei 1936 leerde Sjeng Maria Adams kennen (geb 27 sept.1904 in Swalmen - 8 jan 1990 in Swalmen). Later trouwden ze. Maria was een dochter van de windmolenaar in Swalmen  Het echtpaar bleef kinderloos. Meer informatie over Sjeng Niessen  staat elders in het archief van Stichting Molen Beegden. In 1940 werd Sjeng eigenaar van de molen, schuur, woning en grond.

***) Jaartal 1750: Mien Derkx, maakt in oktober 1985 ten behoeve van de IVN-Gidsencursus een werkstuk o.a. over de molen van Beegden. Echtgenoot Wiel Derkx maakt foto’s van de trapzijde. Hierop is duidelijk het jaartal 1856 te zien: de datum van de verplaatsing van de molen van Panheel naar Beegden. De veronderstelling – o.a. bij Toon Verlijsdonk – dat de molen al in 1750 in Panheel gebouwd werd, is conform de gegevens in het begin van dit artikel onjuist. De molen dateert van na 1790, toen Gravin De Horion toestemming gaf voor de bouw. Dit jaartal is eind 2013 bij de grote molenschildering  onder de klok aangebracht.

Auteur van de geschiedschrijving : Mien Derkx-Timmermans, Heerbaan 64, 6097 AZ  Heel, e-mail: mienderkx.t@kpnmail.nl.     Veel dank ben ik verschuldigd aan Dhr. Jan Coolen in Heel die mij extra informatie gaf.

Verdere informatie en reacties Stichting Molen Beegden: www.lindertmolen.nl  . E: lindertmolen@gmail.com  , tel. 06.42924133. (secretaris).

 

Verberg tekst Toon tekst